Fiscale (sport)koterijen verminderen, hoe moet het niet?
Toen vorig jaar op de Olympische Spelen een aantal landgenoten puike prestaties leverden en in de pers de loodzware Belgische belastingdruk op winstpremies aan de orde kwam, kwam er voor die prestaties een uitzonderingsregime. Premies die toegekend worden aan atleten op Olympische Spelen en op wereld- of Europese kampioenschappen worden voortaan (via een nieuwe wet) gunstig belast. De eerste schijf van € 50.000,00 wordt niet meer belast als een beroepsinkomen tegen 50%, maar wordt beschouwd als een divers inkomen, slechts belastbaar tegen het voordelig tarief van 16,5%.
Normaal gezien worden nieuwe belastingmaatregelen van kracht voor inkomsten van het jaar waarin een nieuwe wet werd gestemd. Er is namelijk een fundamenteel principe dat belastingen niet met terugwerkende kracht kunnen worden ingevoerd. Deze wet doet dat wel. Gestemd in 2022 en reeds van toepassing op de inkomsten van 2021. Iets meer gaat voor alles wat in de media komt of wordt retroactiviteit in de toekomst de regel?
Is één van de basisregels van ons systeem van belastingen niet, wie het belastbaar inkomen betaalt, irrelevant is voor de fiscale behandeling bij de genieter? En wat zien wij hier? Enkel de premies die worden toegekend door nationale of internationale sportfederaties vallen onder meer onder dit afzonderlijk regime. Als zij een premie toekennen, dan geldt een voordeeltarief. Premies betaald door privépersonen en ondernemingen worden belast tegen het hoogste tarief. Zelfs regionale sportfederaties die een premie willen geven aan haar atleten, betalen de volle pot.
Dat topvoetballers hoge lonen krijgen is één ding, dat spelers en clubs maar een fractie van de belasting betalen die andere burgers en bedrijven betalen, is een ander. Voetbal kan een geweldig feest zijn en goed zijn voor de gezondheid, maar zelfs dan valt met geen enkel argument goed te praten waarom de bedrijven achter het voetbal niet moeten bijdragen zoals iedereen.
Als de minister van Financiën dan toch met zijn grote fiscale hervorming bezig is, dat hij dan ook de voetbalclubs niet vergeet.