IPT en een eindtaxatie, wat betekent nu effectief actief blijven?

Een ex-bestuurder van een grote verzekeringsmaatschappij ging in 2014, op zijn 62ste, met vervroegd pensioen. In die periode was hij onbezoldigd zaakvoerder van een bvba en van 2015 tot 2018 was hij bezoldigd bestuurder van een NV. In 2018 ontving hij het kapitaal van zijn groepsverzekering en gaf dit aan als een pensioen dat tegen 10% belastbaar was.

Volgens de fiscus is dat kapitaal niet belastbaar tegen 10%, maar tegen 16,5% want hij ging met vervroegd pensioen. Vervroegd pensioen betekent immers dat de begunstigde ten minste tot de wettelijke pensioenleeftijd effectief actief is gebleven.

De rechter gaf de fiscus gelijk. Effectief actief gebleven tot de wettelijke pensioenleeftijd betekent tot dan daadwerkelijk een beroepswerkzaamheid uitoefenen. Aangezien hij in 2014 en 2015 enkel een onbezoldigd bestuursmandaat heeft gehad, is een effectieve beroepsactiviteit in die periode niet bewezen.

Kapitaal van een aanvullende pensioenverzekering (groepsverzekering of IPT) wordt normaal afzonderlijk belast, tenzij wanneer het wordt uitgekeerd vóór de leeftijd van 60 jaar. Dan zijn de progressieve tarieven van toepassing.

Het afzonderlijk tarief verschilt naargelang het moment waarop het kapitaal wordt uitgekeerd. Het bedraagt 20%, 18%, 16,5% (exclusief gemeentebelasting) bij uitkering op 60, 61 of vanaf 62 jaar. Het tarief van 10% (exclusief gemeentebelasting) is enkel geldig als de uitkering ten vroegste gebeurt op de wettelijke leeftijd en op voorwaarde dat je tot dan effectief actief bent gebleven.

De wettelijke leeftijd ligt momenteel, mits uitzonderingen, op 65 jaar. Vanaf 1 februari 2025 bedraagt de wettelijke pensioenleeftijd 65 jaar en vanaf 1 februari 2030 wordt dat 67 jaar.

Volgens de minister (antwoord op een parlementaire vraag) volstaat het feit dat iemand in de drie jaar vóór de wettelijke pensioenleeftijd onafgebroken aangesloten was bij een sociaal verzekeringsfonds en effectief en volledig de sociale bijdragen voor een zelfstandige in hoofdberoep heeft betaald als bewijs van het effectief actief gebleven zijn.

De rechter was het niet eens met de minister. De rechter vindt een activiteit waarmee geen enkel inkomen wordt beoogd, zoals een onbezoldigd bestuursmandaat, geen beroepsactiviteit en dit ongeacht de betaling van sociale bijdragen.