Voorafbetalen tegen 10 juli 2024 nodig of niet?

Een eenmanszaak of een vennootschap die geen voorafbetalingen doet, krijgt naast de verschuldigde belasting nog een belastingvermeerdering van 9% aangerekend. Vorig jaar waren de vermeerderingspercentages lager. Het belang om op de juiste momenten vooraf te betalen indien je fiscale winst hebt, is dus groter geworden.

De theoretische vermeerdering met 9% kan verminderd worden en zelfs tot nul herleid worden door vooraf te betalen. Hoe vroeger die voorafbetaling, hoe hoger het verminderingspercentage. Voor boekjaar 2024 zijn de uiterste betalingsdata en het verminderingspercentage: 10 april was 12% (VA1), 10 juli en 10% (VA2), 10 oktober en 8% (VA3) en tot slot 20 december en 6% (VA4).

 

Vennootschappen

VA2 (vooraf betalen vóór 10 juli) is nodig wanneer je de vermeerdering volledig wil vermijden en er geen VA1 werd gedaan. Is de VA2 de enige voorafbetaling, dan moet er 90% van de geraamde belasting vooraf betaald worden. Doe je de voorafbetaling na 10 juli maar vóór 10 oktober 2024, dan moet 112,5% van de geraamde belasting vooraf betaald worden om de boete te vermijden. Wacht je tot het laatste kwartaal (dus na 10 oktober en vóór 20 december), dan is een VA4 van 150% nodig om de vermeerdering te vermijden. Die 12,5% of die 50% die dan te veel wordt betaald wordt wel terugbetaald bij de ontvangst van je aanslagbiljet, maar zonder intresten.

 
Eenmanszaken

Bij eenmanszaken liggen de percentages van de geraamde belasting om vooraf te betalen iets lager. 90% wordt 84,44%, 112,50% wordt 105,55% en 150% wordt 140,74%.

Vooraf betalen heeft echter weinig zin als er geen belasting verschuldigd is, wegens bijvoorbeeld een fiscaal verlies van het boekjaar of van vorige boekjaren. Hetzelfde geldt voor kleine vennootschappen voor de eerste 3 boekjaren, maar hier geldt wel dat je beter in het boekjaar betaalt wat moet betaald worden (hetzelfde geldt immers ook voor de verschuldigde sociale bijdragen).