Zijn er (fiscale) risico’s indien je intekent op de staatsbon?
Op intresten betaal je als particulier in principe 30% belasting (roerende voorheffing). Dit geldt voor de inkomsten uit termijnrekeningen, obligaties, staatsbon, leningen aan je vennootschap, … .
Maar al snel kwam er kritiek op die verlaagde roerende voorheffing, de overheid zou immers een ongelijk speelveld creëren omdat ze een fiscaal voordeel creëert voor haar eigen schuldbewijzen. Vormt dat geen schending van het gelijkheidsbeginsel? En moet je hierdoor misschien toch 30% belastingen betalen over de intresten uit die staatsbon? Bedrijven en buitenlandse overheden kunnen zich immers hierover beklagen en hebben een argument om ook een heffing van 15% te eisen.
Is het doel achter deze staatsbon niet nobel, zijnde het land behouden van een acute crisis van de overheidsfinanciën? Of is bij de huidige staatsbon vooral sprake van een pre-electorale show ten bate van de minister van Financiën?
Verwachten wij van een minister van Financiën niet dat hij ervoor zorgt dat de begroting op orde is, de staatschuld onder controle is en dat de fiscale koterijen afgebouwd worden? Deze minister zet de voorzichtige spaarder ertoe aan te beleggen in een schuldvordering op de staat met, op Italië na, de grootste overheidsschuld van Europa. Via een product waarbij het geld niet onmiddellijk opvraagbaar is. Onder het motto: hoe meer er opgehaald wordt, hoe minder urgentie om de staatschuld terug te dringen en het risico van een nieuwe rentesneeuwbal te bestrijden.
Bovendien is er ook nog eens de reglementaire oneerlijke concurrentie. Wie spaarproducten op de markt brengt, moet voldoen aan de MiFID-wetgeving. Dat impliceert peilen naar de behoeften van de klant en zijn of haar financiële situatie in kaart brengen, om de belegger te beschermen. Bij de nieuwe staatsbon is dat blijkbaar allemaal niet nodig. Complexe wetgeving lijkt alleen van toepassing op de privésector.
Gaan hierdoor kredieten nog duurder worden, wat kan leiden tot minder investeringen en minder consumptie? In het slechtste geval zorgt de outflow van middelen ervoor dat de banken gaan panikeren en zich overstretchen in hun rentebeleid.
Tenslotte betaalt de belastingbetaler een gedeelte van de factuur, want de halvering van de roerende voorheffing heeft een kostprijs. Per miljard euro dat de staatsbon opbrengt, ziet de belastingbetaler 5 miljoen door zijn neus geboord.